6. Verbonden partijen

Het beleid ten aanzien van verbonden partijen

Wanneer we de samenwerking vorm geven in een Verbonden Partij doen we dat alleen na een zorgvuldige afweging en op grond van besluitvorming waarbij aan de onderstaande uitgangspunten, zoals vastgelegd in de Nota Verbonden Partijen, is voldaan.

  1. Het moet duidelijk zijn wat wordt beoogd met de Verbonden Partij, welke doelen uit de programmabegroting hierdoor gerealiseerd worden en welke resultaten of prestaties er door de Verbonden Partij worden geleverd.
  2. Wanneer we overwegen om deel te gaan nemen in een verbonden partij, is het belangrijk om bij de start daarvan aan te geven op welke manier het realiseren van deze doelen het best gestalte kan krijgen. Daarom hanteren we daarvoor steeds hetzelfde afwegingskader.
  3. De manier waarop we de relatie onderhouden hangt af van de omvang van het bestuurlijk en het financieel belang. Op basis van een periodieke inschatting delen we het belang van de verbonden partij in drie categorieën, te weten: minder belang (1), gemiddeld belang (2) en groot belang (3).
  4. De gemeente heeft bij een verbonden partij altijd twee rollen, namelijk die van opdrachtgever en van eigenaar. De invulling van deze verschillende rollen kan leiden tot een spanningsveld. Het is daarom zinvol hierin zoveel als (wettelijk) mogelijk een scheiding in aan te brengen.
  5. We beseffen dat we niet de enige opdrachtgever en eigenaar zijn. Dat betekent dat we altijd de invloed zullen moeten delen met andere partners. Het betekent ook dat een effectieve samenwerking met de verbonden partijen afhankelijk is van de contacten en samenwerking met de andere opdrachtgevers en eigenaars.
  6. Met een goede ‘formule’ voor de samenwerking - waarin het wat, voor wie en hoe helder geformuleerd zijn – kunnen we onnodige bestuurlijke drukte voorkomen. We realiseren ons dat afstemming tussen deelnemers die elk een zekere autonomie behouden echter altijd noodzakelijk blijft om tot resultaten te komen.
  7. Deelname aan een Verbonden Partij is geen eeuwigdurende zaak. Regelmatig moet de noodzaak en doel van de samenwerking geëvalueerd worden. De frequentie daarvan verschilt per arrangement.